DIS-IS-ME
Een samenvatting in wording.
In mijn dagboek tref ik notities aan als uitkomsten van mijn gesprekken met mijn psychiater:
*persoonlijkheidsstoornis
*Angst-en dwang stoornis.
*dystyme stoornis
Dat was eind vorige eeuw.
Er is nu alweer veel meer kennis met betrekking tot de gevolgen van ernstige traumatische gebeurtenissen in de jeugd waaronder sexueel misbruik, uithuisplaatsing, geweld en de afwezigheid van welke vorm van opvang of therapie ook.
Als er nu gesprekken zouden plaatsvinden met een psychiater is de diagnose:
cPTSD en DIS : dissociatieve identiteitsstoornis. Hieronder verstaan we uittredingsverschijnselen en twee of meer alters.
Ik put uit mijn herinneringen, teksten uit mijn persoonlijk archief, dagboekaantekeningen.
Het zijn verschijnselen die ik toendertijd niet kon plaatsen maar heftig genoeg waren om ze te kunnen benoemen. Hieronder geef ik een overzicht van herinneringen en dagelijkse flashbacks die ik nu wel in relatie zie met de traumatische ervaringen van vroeger.
Een aantal voorbeelden:
Geheugenverlies.
De leeftijd speelt een rol als het gaat om herinneringen. Dat onderzoek heb ik met mijn zus gedaan: wie wat wanneer. Ik ben in februari 1948 geboren. Op 11 november 1957 kwamen we aan in het Kindertehuis Sint Maarten. Maw alles heeft zich afgespeeld in de leeftijd van 8 en 9 jaar. Dat kan verklaren dat ik geen beelden heb van het moment of momenten dat ik ben verkracht. Het gaat hier niet om verborgen herinneringen. Ik ben eenvoudig uit mijn lijf gestapt. En er is voldoende bewijsmateriaal:
bloed en push in mijn ondergoed, kon mijn benen niet strekken van de pijn en sloeg met mijn hoofd heen en weer om te verdoven. Elke avond, dagenlang. Mijn zus slaapt in de zelfde kamer als ik en zegt dat ik huilend naar bed kwam. Ook de huisarts was duidelijk. Mijn moeder vertelde dat hij tegen haar tekeer ging en waarschuwt justitie. Mijn vader wordt uit huis gezet en neemt midden in de nacht afscheid van mij, zijn lievelingskind (dat zijn de woorden van mijn Tante).
Vrouwelijk
Ik heb justitie schriftelijk toestemming gevraagd om mijn dossier bij
Pro Juventute in te zien.
Die toestemming kreeg ik. De documenten kopiëren was niet toegestaan. Alleen inzien. Dus heb ik snel zitten opschrijven wat ik tegenkwam. Daar las ik dat ik vrouwelijk was. Dat heeft me altijd verbaasd. Heb ook nooit zelf initiatieven genomen, platgezegd ik moest veroverd worden want die boodschap kreeg ik van mijn vader en dat gaf een hoop problemen.
Ik zat vrij kort op het seminarie of een pater nodigde mij uit met mijn 13 jaar om lid te worden van de toneelclub. Hij zag iets wat ik niet zag en gaf me vrouwen-rollen in toneelstukken. Heeft me nooit aangeraakt maar had me graag om zich heen.
Een andere pater gaf mij het boek "De ervaringen van de jonge Torless" van Robert Musil. Hij zei er niets over maar gaf het gewoon. Op de pagina waarin Basil bij Torless in bed kruipt en zijn gemoed opzweept, ben ik bij de boodschap: ik zie , ik zie, wat jij niet ziet.
Schilderijen
Toen ik begon te schilderen had ik automatisch het thema: Man,Vrouw,Kind. Ze waren inwisselbaar en tegelijkertijd altijd aanwezig. Het tweede thema was mijn vader en ik. Hij heeft de ontwikkeling van mijn eigen geaardheid geblokkeerd danwel gezorgd voor totale verwarring. In ieder geval is ook hij altijd dwingend aanwezig en blokkeerd het initiatief.
Het derde thema is het kind : ik teken de emoties: angst, verwarring, woede en tegelijkertijd verbinding: gezien, gehoord, geliefd en uiteindelijk verpletterd. Het derde thema: de vrouw als verleidster en dan toch neemt het kind door aangeleerd gedrag het initiatief. Tot stomme verbazing en ergenis van de ander.
Freeze,fight en fly momenten.
Dat gebeurde op momenten dat ik ingrijpende beslissiingen moest nemen en bang was dat ik zou worden veroordeeld, tegengehouden, weggestuurd, de woede op mijn hals zou halen. Ook de heftige angst die opborreld als iemand zegt "kom naar me toe". Ik verstijf voor korte of langere tijd en als ik wat zeg (ik weet niet eens wat) komt de reactie dat ik praat als een kind. Als dat gebeurde nam ik de auto en reed naar groningen en weer terug.
Splitsing
Dat gebeurd als ik noodgdwongen contact heb met iemand terwijl ik al een hele tijd in mijn binnenwereld zit. Dan geef ik het over aan een ander zelf en hoor mezelf praten. Bij mensen op straat, aan de kassa in de boekwinkel. Dat gebeurde ook bij vergaderingen waar ik beroepshalve bij aanwezig moest zijn en waar ik een paar uur voor moest rijden.
Een andere vorm van splitsen is dus de transformatie in het kind.
Anti-Authoriteit.
Ik accepteer geen leiding, baas of bazig gedrag. Ik ben nooit lid geworden van een partij of op bijeenkomsten geweest. Niet gewerkt in een hierarchiesche organisatie. Heb altijd mijn tijd zelf ingedeeld in komen en gaan.
Automutilatie.
Mijn handen waren altijd stuk: afgetrokken vel en levertraanzalf.
Isolationistisch
Ben graag alleen, heb altijd mijn eigen woning gehad waarop ik mij kon terug trekken. Dat is nu definitief. Ik probeer feesten te vermijden. Het komt voor dat een aantal mensen aan tafel verhalen uitwisselen over hun jeugd. Ik zweig en dat valt natuurlijk op. En dan komt de vraag: hoe was jouw jeugd? Ik zeg altijd dat ze dat niet willen weten. Ze dringen aan. Ik vertel. Het wordt stil (serieus) en iedereen staat op.
Sterk ontwikkelde intuïtie voor gevaar.
Gepest op school, inbraak met geweld, gevochten met andere kinderen, politiegeweld bij uithuisplaatsing na weken van verstoppertje spelen voor justitie en de enge man aan de overkant: mijn vader. Resultaat: angststoornis.
"Ik ben niet alleen"
Het kind en mijn vader
Ik ben uit huis gezet door justitie, maar ze zijn vergeten om mijn vader uit mij te zetten. De impact van zijn houding, het wij "zie ons eens", hoe hij mij gebruikte ook al zei ik:
"Nee, Pappa, niet doen.."
Ik kan tegen mijn kinderen niet zeggen: "Doe dit of dat, ik ben je vader" Ik krijg het gewoon niet uit mijn mond.
Mijn vader is altijd aanwezig net als het kind dat de gelegenheid zoekt om hem te
ontmoeten.
Mijn Delen: Daniel en Jonathan
Julie waren er als ik me verstopte in de kelderruimte. Als ik werd achtervolgt door jongens van mijn klas, als ik mij onzichtbaar maakte met mijn speelgoed onder de tafel. Als ik midden in de nacht op de zolder van het kindertehuis op de Elandsgracht mijn welpenkleding en riem moest inleveren voor kleurloos gewassen kleding. De zuster sprak geen woord. Op de speelplaats gooide iemand achter mij een houtblok op mijn hoofd.
Mijn vader en mijn moeder waren vooral bezig met zichzelf, met hun eindeloos gevecht in de echtscheidingsprocedure en hebben nooit energie gestoken in een gesprek met mij, integendeel, ze spraken niet maar lieten wel voelen dat ik schuldig was aan de ramp die hen was overkomen. Mijn vader was boos omdat ik hem nooit schreef en wist niet dat zijn brieven werden achtergehouden. Mijn moeder vroeg op haar
sterfbed mijn zus mij te vertellen dat ze van me hield. Dat was de eerste keer en de laatste. Het valt onder de noemer van lang volgehouden emotionele verwaarlozing. Mijn vader eindigde zijn brieven met "ik ben tenslotte je vader" Hij kwam niet verder dan dat. Pas op zijn sterfbed vroeg hij naar mij. Zijn vrouw echter stond weliswaar voor mijn deur maar hield het briefje met zijn verzoek in haar zak.
Daarom had ik contact met Daniel en Jonathan
op die momenten:
-dat ik me had verstopt in de kelder
-toen de politie de inval deed en vocht met mijn moeder
-toen we stonden te bidden in de bakkerswinkel naast ons
-in de uren van eenzaamheid in het Leidse kindertehuis
-de vernederingen op de speelplaats: mijn ondergoed wassen omdat mijn sluitspieren nog niet goed waren
-het verraad van mijn jeugd door gewoon te doen alsof er niets gebeurd was, om nadrukkelijk aandacht te vragen voor hun verdriet.
Dit zijn thema's die in de dagboek notities over de jaren heen steeds terugkeren.
Deze tekst is bijgewerkt: 8 juli 2024