Het proces van verwerken zoals ik het heb gedaan als ik er op terugkijk.
Een verwerkingsproces is voor iedereen anders, maar het zou kunnen, als ik het hierna verder beschrijf, dat er toch herkenningspunten inzitten.
Een belangrijke belemmering om aan het proces te beginnen was mijn angst. Angst voor wat er boven komt, angst voor eigen reacties: woede, verdriet, pijn. In die volgorde. Er was een sterke drang om een eind te maken aan alles, mij terugtreken op de veluwe, schapen hoeden.Ik kon niet praten, niets uitleggen omdat ik geen verbanden kon leggen. En de twijfel van die eerste tien en twintig jaar van mijn leven. Ik begon aan relaties omdat ik normaal wilde zijn, maar hield het niet vol, ik wist niet waarom. Om zicht te krijgen op wat mij dwars zat, begon ik dat dagboek bij te houden. Ik dacht dat daar uiteindelijk een rode lijn in te vinden was, een schreeuw om inzicht.
- Naast het dagboek waar ik regelmatig in schreef soms zinnig soms onzinnig, begon ik mijn beelden te schilderen, emotieloos, nachtenlang met drank en shag.De beelden van vroeger drongen zich op, verwarren. Tekenen en schilderen. Maar dan wel in een veilige omgeving, waarbij niemand over je schouder meekeek. Het leek een obsessie. Nachtenlang doorgaan, drinken en roken en smorgens naar mijn werk, om drie uur weer weg. Astrid met wie ik een relatie heb, vertrouwd, vraagt, wil wel weten wat ik schilder, vraagt naar de betekenis, geeft eigen interpretaties, leest de dagboeken, praat, vraagt. De eerste tekeningen zijn kinderlijk en ik wilde beter. Ging avondcursussen volgen en naar een echte kunstopleding.
- En dan "Het wonder van de natuur: het lichaam houdt ermee op, een burn-out." Doorlopend huilbuien en vervolgens ging ik stilzitten op een stoel en ging niet meer bewegen. .
- Zo kom ik in de ziektewet en besef dat ik moet werken aan herstel. Ik moet de diepte in, een verhaal hebben en we gaan samen op stap. nog levend familie opzoeken, praten over vroeger, dat wil toch iedereen graag. Wie is wie en wat is er van die geworden, leven ze nog, wonen ze ergens, is er meer over bekend. Informatie verzamelen: wat weet de familie over vroeger, was het bekend, wisten ze wat er speelde, wat deden ze, wat deden ze niet. Puzzelstukjes: ik vroeg mijn nicht of zij mijn vader in staat acht om incest te plegen. Haar antwoord kwam direct: ja. Verfrissend ja, verwarrend ook.
- Opzoeken en fotograveren van plaatsen: school, huis, straat, slaapkamer, zitkamer, gangen, oneindig veel gangen en grote deuren die nu zo klein zijn.
- Een afspraak met pro-juventute: dossier inzien, echtscheidingspapieren, rapporten van de jeugdbescherming, voogden. Geen bewijzen. Ik mocht de stukken niet zelf inzien. De mevrouw van Juventute las ze voor. Ze citeerde getuigenverklaringen maar weigerde te vertellen van wie die waren. Ik snap het wel, ik zou ze misschien hebben vermoord.(?) Ze kende me niet. Psychiatrische rapporten. Ik mocht de papieren niet meenemen. Ik schreef ze over. Tijdlijn, getuigenissen.
- Afspraken maken met psychiaters. Het is moeilijk meteen iemand te vinden die goed is, de juiste toon, de juiste vragen. Een eigen mening hebben. Na vijf psychiaters was de vijfde goed. Ik herinner me dat ik weigerde mijn vader of mijn moeder te veroordelen. Ik wilde hun levensverhaal horen en het liefst dat ze dat voor mij zouden opschrijven. Ik wilde hun verhaal. Mijn moeder schreef haar levensverhaal en stopte met schrijven in het jaar dat ik werd geboren. Ik drong aan. Ze deed het niet. Ze was woedend op mijn vader zonder in te gaan op details. Niets over mij, wel veel over mijn zus. Daar heb ik eindeloos op zitten kouwen. Volgens mijn tante was ik vaders lievelingskind en nam hij me overal mee naar toe. Ik voel het zwijgen van mijn moeder als een verwijt: dat ik voor mijn vader had gekozen. Dat voelde zij als verraad. Zo zag ze dat. Waardoor ik mede schuldig zou zijn aan het verlies van alles wat haar dierbaar was. Het huis, de toekomst. Ze is haar hele leven woedend geweest op wat haar was aangedaan. Ze heeft nooit gevraagd hoe ik ervoor stond, hoe ik het had beleefd, dat ze van me hield, wat ik van mijn vader vond, enz. Helaas, een levenslange stilte. Ze zag mijn zus, mijn broer. Mij zag ze niet. Op haar sterfbed vroeg ze mijn zus mij te vertellen dat ze van me hield. Dat was de eerste en laatste keer.
- Foto's kijken bij mijn tante. Praten over mijn vader,mijn moeder. Haar verhaal: je ouders waren altijd dronken als ik smorgens vroeg aanbelde voor een visite. Ze had met ons, kinderen, te doen. Mijn vader was altijd gezellig en grappig als hij op visite kwam,soms met mij, soms alleen. Op een gegeven moment kregen ze een brief waarin hij aangaf niet meer te zullen komen. Hij ging verder met ene Martha na de moeizame scheidingsprocedure met mijn moeder. Ze hebben hem daarna niet meer gezien.
- Stap voor stap kreeg ik een beeld van mijn ouders. Mijn vader ging in zijn jeugd al om met verkeerde vrienden in de achterbuurt van Weesp volgens mijn Oom. Zijn ouders waren orthodox katholiek en hij kon niet aankomen met zijn bisexualiteit (mijn oordeel). Om zich toch een maatschappelijke positie te geven trouwde hij met mjn moeder. En na een aantal goede jaren, volgens mijn moeder, ging het mis. Het bloed kruipt waar het niet gaan kan en hij kreeg een vriend. Hij droeg een streepjes pak, bezocht een kapper. Reed is een te dure Ford om klanten te werven voor de zaak. Dronk teveel. Samen. Uiteindelijk schreef mijn moeder dat hij homoseksueel was en een vriend had. Helder.
- Ik zocht contact met het VSK en schreef me in voor Mannenverwerkingsweekends onder leiding van Chris Wijne. Ik was doodsbang wat daar uit zou komen. Maar, daar is de rioolput geopend en dat moest drie keer gebeuren. Het moest eruit, alles moest eruit. En verdraaid het werkte. De wereld was niet vergaan. Aanrader. Chris Wijne is helaas in 2001 overleden. Hij had mijn bewondering. Bleef bij me staan toen ik weg raakte met bonkend hoofdschudden wat ik als kind altijd deed en nog steeds.
- Ik kocht boeken over jongens en misbruik, over echtscheiding, uithuisplaatsing, geweld, kindertehuizen, Seminaries.
- Het levensdoel "worden wie je bent" was mijn motto, en ook: ik weiger gek te worden. Inzicht hebben in en op eigen kracht je eigen wordingsgeschiedenis kunnen verwoorden. Hopeloos moeilijk. Ik ging het anderen vertellen, maar die voelden zich belast en wisten niets te zeggen. Ze zeiden: maak het constructief. Toch blijven doen als het zo uitkwam, het gaat steeds beter en je raakt steeds minder weg (dissossieren): dodelijk vermoeid.
-
Erkennen van de positieve kanten zoals bijvoorbeeld het vertrouwen op mijn intuïtie, erkennen en bespreekbaar maken van trauma´s bij anderen, kennis hebben van de procesmatige aspecten van herkennen, verwerken. Het beeldend werk omzetten in creatief schilderen bijvoorbeeld, schilderles geven.
-
het herstel van vertrouwen in anderen,bindingsangst omzetten in een zinvolle relatie. Niet makkelijk.
-
vermijden van triggers (muziek vooral religieuze muziek, films, geur, plaatsen). Dat is helaas niet mogelijk. We hebben Deetman gehad, we hebben Klokk.nl, we hebben de voetbalcoaches in Engeland, de kooraffaires in Duitsland, de opvoedingsinternaten in Duitsland, het rapport over Culturele Genocide op Inuit, Meti en andere bevolkingsgroepen in Canada, de culturele Genocide in Australië, de Baghi in Afghanistan, het kinderconcentratiekamp in Israël en America. Niet makkelijk.
-
vermijden van alcohol of vormen van verslaving. Duurt even, maar als je wil lukt het.
-
structuur is belangrijk, week en dagindeling geeft houvast en voorkomt het verschijnsel van uitreding c.q. verlies aan contact. (hoor mij.....)
-
Angst bespreekbaar houden. Het is een typisch verschijnsel dat mensen die te maken hebben gehad met een heftig geweldsdelict, de omgeving in de gaten houden, de deuren en ramen altijd op slot doen, nachts reageren op afwijkende geluiden enz. Heb ik nog steeds. Doe ik nog steeds. Ik zie dingen die er niet zijn. Er is maar een uitgang en toch zie ik allerlei mensen binnenkomen en weer weggaan. Ik spring uit bed en controleer alles, er is niemand en de voordeur is nog steeds stevig op slot. Elke nacht weer.
-
Jezelf de ruimte geven om te genieten,in het geval er sprake is van terugval, dit ook kunnen herkennen en verwoorden. Dat beperkt de duur van de terugval.
-
Het is niet zinvol om met spijt of woede om te zien naar het verleden, het blokkeert de verwachtingen voor de toekomst. Mijn moeder koesterde een immense haat jegens mijn vader. Dat wilde ik niet, dat neemt je leven over. Ik stopte energie in de familie. Vragen stellen, wat waren hun beelden. Ik was op zoek naar de context, jeugd, opvoeding, opleiding, karakter. Ik ken mijn vader niet, ik heb hem niet gesproken, maar ik heb uit alle verhalen mijn eigen verhaal geconstrueerd. Ik ken alleen zijn handen. Ik heb er vrede mee. Ik ben sterker gebleken dan hij.